Stel je vraag aan
onze AI-assistent
Naar hoofdinhoud Naar footer

Dilemma’s bij Wzd en mondzorg bij ouderen

Gepubliceerd op: 16-06-2023

Kwetsbare ouderen kunnen regelmatig zelf niet meer goed voor hun (kunst)gebit zorgen. Wanneer deze ouderen in een verpleeghuis wonen, komt deze taak bij de zorgverleners te liggen. Van ouderen met dementie is echter bekend dat zij regelmatig oncoöperatief gedrag tonen bij het verlenen van zorg door derden. Met name mondzorg wordt al gauw als vervelend en ongewenst ervaren. Verzet hiertegen volgt dan snel... Volgens de Wet zorg en dwang is dan onderzoek noodzakelijk of het niet verlenen van mondzorg leidt tot ernstig nadeel voor de patiënt en/of diens omgeving en of het verlenen van onvrijwillige zorg echt de enige oplossing is.

In situaties waarin de zorgverlener duidelijk ziet dat een bewoner mondzorg nodigt heeft, bijvoorbeeld omdat er sprake is van pijn of problemen met het eten, maar de bewoner de zorg weigert, leidt dit tot lastige dilemma’s. Hierover spraken we prof. dr. Anita Visser en Maud Jonker MSc.

Over Anita Visser en Maud Jonker

Anita Visser is als hoogleraar Gerodontologie verbonden aan het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen en de Rijksuniversiteit Groningen en aan de faculteit Tandheelkunde van het Radboud UMC en de Radboud Universiteit Nijmegen. Anita Visser begeleidt Maud Jonker in haar onderzoek naar onvrijwillige mondzorg bij wilsonbekwame ouderen met dementie. 

Maud Jonker is als MD/PdH-kandidaat verbonden aan het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen en de Rijksuniversiteit Groningen.

Verzet tegen mondzorg zorgt voor dilemma’s

Anita Visser werkt één dag per week als tandarts in de verpleeghuiszorg: 'Ik werk daar al 25 jaar en zie daar veel dingen gebeuren waarvan we niet altijd weten hoe we ermee om moeten gaan en waarover in de literatuur ook vaak weinig bekend is. Zo kom ik dan ook aan mijn onderzoeksinspiratie, waar ik vervolgens mee aan de slag kan samen met studenten en promovendi. Maud is zo’n scriptiestudent die nu promotieonderzoek doet.' Anita Visser maakt tijdens haar werk in het verpleeghuis regelmatig dilemma’s rondom onvrijwillige mondzorg van dichtbij mee. 'Medewerkers in een verpleeghuis zijn heel druk met de algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) en hebben vaak weinig tijd. Als je druk bent en weinig tijd hebt, doe je die dingen die je goed kan, die echt moeten (bijvoorbeeld een toiletbezoek) en die men zelf belangrijk vindt (bijvoorbeeld aankleden). 

Zorgvuldig afwegen

Zo komt het dat bepaalde zaken die ook belangrijk zijn niet meer gedaan kunnen worden in de beschikbare tijd, zoals bijvoorbeeld mondzorg. Als medewerkers wel aan mondzorg toekomen of dit uitvoeren en iemand dan verzet toont, wordt het een lastige situatie en weten medewerkers vaak niet zo goed meer wat te doen en hoe dit te doen omdat de Wet zorg en dwang ook nog parten gaat spelen. De wet vraagt om zorgvuldige afweging  als iemand iets niet wil. En dan worden al gauw de handen losgelaten en de mondzorg niet meer verleend.' Anita Visser heeft dergelijke situaties vaak gezien en maakt zich hier erg veel zorgen over, omdat ouderen in deze situaties niet meer die mondverzorging krijgen die in haar ogen juist zo belangrijk is voor kwaliteit van leven en algemene gezondheid.  

Ze geeft aan dat verzet tegen mondzorg iets is dat veel voorkomt in de ouderenzorg en dat dan meestal gestopt wordt met de mondverzorging. Het dilemma dat ontstaat is volgens Anita Visser een hele lastige, omdat het niet poetsen in korte tijd leidt tot een ernstig nadeel, in het bijzonder in deze groep en dan met name bij de mensen die nog eigen tanden en kiezen hebben. 'Als tanden niet meer worden gepoetst, gaan ze snel achteruit en kunnen gaatjes en ontstekingen ontstaan, waardoor er pijn kan optreden of scherpe randen ontstaan wat weer effect heeft op eten en/of gedrag (agitatie). Vaak wordt de verpleging verweten dat ze vaker en betere mondzorg moeten leveren, maar dat is wat kort door de bocht.  De verpleging heeft veel taken en heel weinig tijd en meestal weinig tot geen kennis over mondzorg, omdat dit in de opleiding bijna geen aandacht krijgt en dan lopen ze ook nog tegen de Wzd aan.' 

Gebrek aan kennis

Maud geeft aan dat ze onderzoek doet naar dit probleem en dergelijke dilemma’s: 'Het doel is uiteraard het verminderen van onvrijwillige zorg en dat is heel goed. Maar er zijn situaties waarin handelen onvermijdelijk is. De vraag is dan: wat gaan zorgverleners doen in bepaalde situaties? Wel of geen onvrijwillige mondzorg verlenen?' In haar onderzoek legde ze verschillende soorten zorgverleners voor ouderen met dementie 6 casussen voor over wilsonbekwame ouderen met dementie en een mondgezondheidsprobleem. Hierin vroeg ze de zorgverleners onder andere of zij het een ernstig nadeel vonden als die ouderen geen zorg zouden ontvangen of zij dan zelf bereid zouden zijn om onvrijwillige zorg toe te passen. De uitkomsten van haar onderzoek waren opvallend: 'Veel zorgverleners vinden het wel een ernstig nadeel als een cliënt geen mondzorg krijgt, maar zijn zelf dan niet bereid om de zorg te verlenen.', aldus Maud. 

Zowel de resultaten van het onderzoek van Maud Jonker als de ervaringen van Anita Visser in de praktijk roepen de vraag op wat precies de oorzaak is van dat probleem. Komt het door tijdgebrek of hebben zorgverleners simpelweg te weinig kennis over mondgezondheid en weten ze niet hoe ernstig het is als iemand zijn tanden niet poetst? Anita Visser verwacht dat een gebrek aan kennis zeker een rol speelt: 'Mondzorgprofessionals weten beroepshalve dat het wel degelijk ernstig nadeel oplevert als de tanden niet gepoetst worden, maar andere zorgverleners hebben deze kennis vaak niet.' Ze legt uit dat zorgafhankelijke kwetsbare ouderen na een week niet tandenpoetsen al een tandvleesontsteking kunnen krijgen en na enkele weken serieuze mondgezondheidsproblemen kunnen ondervinden; bijvoorbeeld door het ontstaan van gaatjes en of ontstekingen. Voor mensen met dementie geldt dan ook nog vaak dat ze geen pijn kunnen aangeven waardoor de oorzaak van de pijn onopgemerkt blijft en er ernstige gezondheidsbedreigingen kunnen ontstaan (bijvoorbeeld een kaakabces dat te laat gezien wordt). Ook zijn er ouderen met dementie die niet verbaal maar wel fysiek op pijn reageren, bijvoorbeeld door agressief gedrag te vertonen. Daarnaast is de kans op ondervoeding groot, omdat iemand pijn ervaart bij het eten. 

Tips

De problemen rondom (onvrijwillige) mondzorg en de Wzd zijn niet in één dag op te lossen, maar Anita en Maud geven wel een aantal praktische tips voor zorgverleners om de situatie wellicht al wat te verbeteren.

Deel deze pagina via: